dinsdag 6 maart 2012

Weer wat geleerd!

Spelling

We leerden korte woorden met -gt of -cht correct schrijven.
Bijvoorbeeld:
Als onze juf een woord zegt, luisteren we goed naar de klank die voor de gt/cht komt.
Is het een korte klank? Dan moet ik "cht" schrijven.
lacht, bocht, dicht,...
Is het geen korte klank? Dan moet ik "gt" schrijven.
vraagt, vliegt, krijgt,...

Natuurlijk zijn er ook weer uitzonderingen: ligt, legt en zegt.
Deze drie woorden onthouden we met het versje:
De kip ligt in het hok,
legt een ei,
en zegt tok tok.


Hoofdrekenen

34 + 8 =

We moeten bijdoen.
Van 34 maken we 40. We moeten er 6 bijdoen.
We splitsen de 8 in 6 en 2.
"34 plus 6 is 40. 40 plus 2 is 42."


56 - 9 =

We moeten wegdoen of verminderen.
Van 56 maken we eerst 50. We moeten dus 6 wegdoen.
We splitsen 9 in 6 en 3.
"56 min 6 is 50. 50 min 3 is 47."

Geen opmerkingen:

Een reactie posten