dinsdag 14 februari 2012

Het "au-lied".

Onlangs leerden we het “au-lied”.

Dit lied maakt het uw kind makkelijker om een onderscheid te maken tussen woorden met “au” en woorden met “ou”.
In het lied komen enkel woorden voor met “au”.
Uw kind kent dit lied, weet welke woorden bij het lied passen.
Als uw kind het woord “saus” hoort, weet uw kind dat dit woord in het lied voorkomt en dus met een “au” wordt geschreven.
Het woord “mouw” komt niet in het lied voor en schrijf je dus met “ou”.

Au! Wat doet dat pijn! Wat doet dat pijn! Al die woorden in mijn hoofd. Al woorden met een au stop ik vandaag ik mijn hersenpan.
Laura heeft de auto van de paus met blauwe saus overgoten. Ze pikte ook een veer van een mooie pauw. Dat vond iedereen wel flauw.