maandag 14 mei 2012
Spelling: laatste leerstof!
Woorden op cht of gt
Hoor ik in de eerste klankgroep een korte klank: dan schrijf ik cht.
Hoor ik geen korte klank? Dan schrijf ik ik gt.
Let op: de kip ligt in het hok, legt een ei, en zegt "tok, tok".
- Woorden op g of ch
Meestal schrijf ik hier een g, behalve bij lach, zich en pech.
- Woorden met een verdubbeling
Hoor ik op het einde van de eerste klankgroep een korte klank? Dan schrijf ik na die korte klank een dubbele medeklinker.
Zatte vette kippen stoppen bussen.
- Woorden met een verenkeling
Hoor ik op het einde van de eerste klankgroep een lange klank? Dan schrijf ik 1 klinker en 1 medeklinker.
Apen zweven over muren.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten